Kennisbank

‘Lobbyen’ van Karel Joos

Als je aan iemand vraagt wat lobbyen is, blijft het vaak lang stil. En als men al iets weet over lobbyen, dan komt men vaak uit bij de tabakslobby, de olielobby of de klimaatlobby. Deze onwetendheid is niet zo raar, want hoewel lobbyen al eeuwenlang bestaat is er nog nooit een Nederlandstalig boek geweest dat duidelijk duidt, analyseert en beschrijft hoe lobbyen in de praktijk in z’n werk gaat. Totdat de Belg Karel Joos er in 2015 voor het eerst een boek over schreef en in 2019 ditzelfde boek herschreef, nadat het lobbyen zich al weer een aantal stappen verder had ontwikkeld.

In het boek “Lobbyen: Invloed, Inzicht, Impact. Hoe bedrijven beleidsmakers kunnen overtuigen” neemt Joos je mee in het lobbyen aan de hand van een fictieve gevalsstudie over een Deens bedrijf dat schaliegas wil boren in Vlaanderen. Na vele gesprekken met ministers, burgers en zakenmensen lukt het bedrijf het niet om een vergunning te krijgen voor het boren naar schaliegas. Het bedrijf is stomverbaasd en vraagt zich af hoe dit heeft kunnen gebeuren. Joos legt in het hoofdstuk daarna uit hoe logisch het is dat het bedrijf het niet is gelukt om de vergunning te krijgen en welke fouten het bedrijf allemaal gemaakt heeft.

Vervolgens gaat Joos in op hoe lobbyen wel zou moeten en begint met de acties die je vooraf moet ondernemen: het public affairs plan. Volgens hem moet dit PA-plan uit 4 onderdelen bestaan: de omgevingsanalyse, een overzicht van de stakeholders, de kernboodschappen en een Q&A document. Hij maakt bij elk van deze onderdelen de vergelijking met het Deens bedrijf dat schaliegas wil boren en maakt daarmee een mini PA-plan voor het Deens bedrijf. In het hoofdstuk daarna legt hij uit dat er, ook al heb je een goed plan, onverwachtse dingen gebeuren waardoor je plan toch weer in duigen valt; en dat de grootste kracht van lobbyen daardoor flexibiliteit is. Ook hier betrekt hij de gevalsstudie weer bij.

In de hoofstukken daarna houdt Joos het veel algemener. Eerst vertelt hij wat je echt niet kan doen als lobbyist (de zeven hoofdzonden van PA-campagnes) en vervolgens beschrijft hij de twaalf meest gemaakte fouten en hoe je deze kunt voorkomen. Om dit deel van het boek toch nog positief af te sluiten gaat hij daarna in op de zeven concepten die een goede lobbyist goed moet kunnen toepassen. Daarna gaat hij vooral in op het begrip “lobbyen” en probeert hij het te definiëren, legt hij uit waarom lobbyen nuttig is en beschrijft hij de contouren van lobbyen.

In de laatste twee hoofdstukken gaat Joos meer in op de lobbyist zelf in plaats van het lobbyen. Hij schetst een profiel van “de ideale lobbyist” en gaat onder andere in op de kosten van een lobbyist. Vervolgens beschrijft hij hoe het is om lobbyist te zijn in verschillende landen (Nederland, België, Frankrijk en Duitsland) en wat de verschillen tussen deze landen zijn. Vervolgens sluit Joos af met een stuk over transparantie, dat door ontwikkelingen in België extra belangrijk is geworden de afgelopen jaren. Hierdoor voelde Joos, zo vertelt hij, zich bijna genoodzaakt om dit stuk toe te voegen aan zijn boek. Mede hierdoor besloot Joos dan ook zijn boek te herschrijven en opnieuw uit te brengen.

Joos geeft met dit boek een overzichtelijk en duidelijk beeld van de basics van lobbyen. Zeker door aan het begin gebruik te maken van een gevalsstudie blijft alles te begrijpen, ook als je weinig tot niets van lobbyen weet. Bovendien schrijft Joos erg makkelijk waardoor je er snel doorheen leest zonder dat je ergens in het boek blijft vastzitten. Al met al dus een goed boek en een ideale introductie om je kennis over lobbyen te vergroten!

Karel Joos presenteert op 4 september zijn boek bij de Public Affairs Academie. Er zijn nog plekken! Meld je snel aan!